Het is bevestigd: grootouders en kleinkinderen hebben een speciale relatie, die welzijn voor beide genereert
Tegenwoordig staat de rol die grootouders in het gezin spelen bij de opvoeding van kinderen steeds meer centraal. Met ouders die druk zijn met werk, huishouden en verplichtingen waardoor ze niet veel tijd overhouden om zich aan hun kinderen te wijden, en zich geen babysitter kunnen veroorloven, moeten ze wel op hun grootouders vertrouwen.
Voor veel vaders en moeders is dit inderdaad een bevoorrechte en bijna verplichte keuze, misschien ook vanwege het aandringen van de ouderen en hun verlangen om deel uit te maken aan de opvoeding van de kinderen. Zo worden stevige banden tussen grootouders en kleinkinderen gecreëerd. Maar hoe zien deze relaties eruit? Zijn ze goed voor volwassenen en kinderen? Laten we eens kijken wat een aantal onderzoeken in dit verband hebben onthuld.
Uit onderzoek van de Universiteit van Oxford is gebleken dat veelvuldig contact tussen grootouders en kleinkinderen welzijn kan opleveren bij zowel kinderen als ouderen. Een band zoals die tussen de “wijze mensen” en de kleintjes van het gezin, kan volwassenen helpen jong en actief te blijven en cognitieve prikkels te hebben; kinderen kunnen daarentegen veel voordelen halen uit de ervaring van volwassenen.
Als het niet goed gaat tussen de ouders, dan slagen de grootouders erin om de kleinkinderen het gevoel te geven dat ze een gezin zijn dat niet volledig is uiteengevallen. Deze gegevens werden bevestigd door een onderzoek onder bijna 1600 kinderen van verschillende leeftijden in het Verenigd Koninkrijk.
Uit wat naar voren is gekomen, houden de kinderen ervan om tijd met hun grootouders door te brengen. Ze nemen hen in vertrouwen, en worden geholpen bij hun dagelijkse activiteiten. En dezelfde voordelen worden natuurlijk ook positief weerspiegeld op de grootouders.
De levenskwaliteit en de gezondheid van ouderen verbeteren aanzienlijk als ze in contact komen met kinderen, dit verlengt zelfs hun levensduur. Dit werd bevestigd door een ander onderzoek uitgevoerd door het Instituut voor Gerontologie van de Faculteit der Sociale Wetenschappen in Londen, en geldt vooral voor grootmoeders. In het Verenigd Koninkrijk biedt een derde van hen regelmatig hulp aan kleinkinderen, terwijl 40% hun kinderen helpt in het huishouden.
De verzamelde gegevens gelden echter ook voor veel andere samenlevingen, niet alleen in de Engelse context, en hebben - over een periode van 5 jaar - altijd dezelfde resultaten bevestigd.
Daarom is de band tussen grootouders en kleinkinderen goed, voor zowel volwassenen als kinderen. Het is nu bewezen: de tijd die met ouderen wordt doorgebracht, zal echt kostbaar zijn en moet zeker door de ouders worden aangemoedigd!
